Dit weekend nemen we afscheid van Sebastian Vettel als Formule 1-coureur. De 35-jarige Duitser bouwde door de jaren heen een grandioos palmares op en mag worden gezien als een van de beste aller tijden.
53 Grand Prix-zeges, 57 Pole Positions, 69 overige podiumplaatsen in 15 en een half Formule 1-seizoen: de cijfers spreken voor zich. Met Vettel vertrekt een icoon uit de koningsklasse van de autosport, niet alleen op maar ook naast de baan. Na succesvolle jaren bij Red Bull Racing en iets minder glorieuze - maar toch door overwinningen gemarkeerde - seizoenen bij Ferrari, sluit hij zijn loopbaan af bij Aston Martin.
En dat ging niet altijd over rozen, vertelt de Duitser op de website van zijn werkgever. "Het waren twee lastige jaren, omdat de auto niet zo competitief was als we hadden gehoopt", aldus Vettel. "We wilden dit jaar flink verbeteren ten opzichte van 2021, maar slaagden daar niet in. Ik wil niet met vingers wijzen, ik ben gewoon realistisch."
GEEN SPIJT
Heeft Vettel spijt? "Nee, totaal niet. Het waren geen nutteloze twee jaren, ondanks dat de punten die we scoorden dat wel waren. Ik vond het geweldig om met dit team te werken, nieuwe mensen en nieuwe benaderingen van deze sport te leren kennen. Ik heb vooral heel veel geleerd tijdens mijn tijd bij Aston Martin." De Duitser heeft het dan vooral over een andere manier van de sport benaderen als je niet meer vooraan rijdt, maar vanuit het achterveld bezig bent.
"Als je vooraan rijdt, zie je alleen wat er vooraan gebeurt. Als je achteraan rijdt, zie je alleen wat er achteraan gebeurt, maar je kijkt altijd naar voren omdat je daar wil zijn", was zijn filosofische verhaal. "Als je vooraan zit, kijk je niet naar achter, want dat heeft geen impact. Dus waardeer je ook niet hoeveel werk de teams die achteraan rijden ook in deze wereld stoppen. Het is niet omdat je minder scoort, dat je minder hard werkt."
Vettel is niet de enige coureur die we aankomend weekend uitzwaaien, ook zijn oud-teamgenoot Daniel Ricciardo verlaat de Formule 1 (voorlopig) als fulltime coureur.