Komend weekend vindt de vierde Grand Prix van dit jaar plaats in Japan. Hoe ziet een rondje op het iconische Suzuka eruit?
De Formule 1 strijkt dit weekend neer in Japan. Inderdaad, in plaats van de traditionele septemberreis naar het Land van de Rijzende Zon, heeft de Formule 1-top vanwege zowel milieuvriendelijke omstandigheden als zo werkbaar mogelijke omstandigheden voor alle F1-staff verkozen de Japanse Grand Prix naar voren te trekken op de kalender.
Het Circuit van Suzuka is legendarisch en werd in 1962 gebouwd op voorspraak van Soichiro Honda. Inderdaad, die van de auto's. De Nederlander John Hugenholtz ontwierp het circuit met de iconische S-bochten, de 'crossover' en de legendarische hairpin en chicane voor start/finish.
CIRCUITGEGEVENS
Naam: Suzuka International Racing Course
Lengte: 5,807 kilometer
Aantal bochten: 18
Aantal DRS-zones: 1
Aantal te rijden rondes: 53
Raceafstand: 307,471 kilometer 
Inderdaad, dit circuit kent maar één DRS-strook: het stuk over start/finish. De run naar de eerste bocht is inmiddels een stukje Formule 1-geschiedenis en zal dat altijd blijven. Ook zondag zal deze passage weer belangrijk zijn, omdat met name het rempunt richting bocht 2 enorm vreemd is vergeleken met veel andere circuits. Een goede uitkomst van bocht 2 betekent in de kwalificatie heel veel snelheid in de eerste sector en in de race vrijwel de zekerheid dat je niet ingehaald wordt in datzelfde gedeelte met de bekende S-bochten.
Vanaf daar is het oplijnen naar bocht 9; een belangrijk rempunt, omdat een slechte exit kan leiden tot een inhaalmogelijkheid van de tegenstander richting de hairpin in bocht 11. Vanaf daar is het vol gas richting 'Spoon', bocht 13 en 14. De exit daar is ook extreem belangrijk, want het lange rechte stuk richting de waanzinnig snelle linkerbocht genaamd 130R vormt ook een inhaalmogelijkheid.
Afgesloten wordt met de wereldberoemde Casio Triangle. Als je niet Nicholas Latifi heet, pak je deze chicane niet te vroeg. Daarna is het versnellen richting start/finish en tijdens de race hopen dat degene achter je zijn DRS-achtervleugel niet open kan klappen.
