Ferrari begon 2022 als grote titelkandidaat, maar zag zowel de kansen van Charles Leclerc op de rijderstitel, als de kansen van hun eigen Scuderia-rijstal op de concstructeurstitel al snel in rook opgaan.
Toch was dit kalenderjaar geen slecht jaar voor het Italiaanse team, zo vertelt teammanager Mattia Binotto tegen La Gazzetta Dello Sport op het Festival Dello Sport in het Italiaanse Trento. "Wij begonnen het seizoen natuurlijk op de best mogelijke manier met een één-tweetje in Bahrein", blikt hij terug met de illustere Italiaanse sportkrant. "We hadden een competitieve auto, maar dat alleen is niet genoeg om iedere race te kunnen winnen natuurlijk."
Vanaf de Grand Prix van Australië begonnen de fouten voor de rode bolides zich op te stapelen. Carlos Sainz schreef daar een DNF achter zijn naam, in de volgende race voelde Charles Leclerc de druk van het thuispubliek op het circuit van Imola en maakte een eerste van meerdere missers dit jaar. "Dat had niet mogen gebeuren natuurlijk", analyseert Binotto. "Maar ondanks dat was het een prachtig begin van het seizoen."
Binotto's grote positieve punt bij het terugkijken op dit jaar tot nu toe, is zijn team, zo stelt de Italiaan. "We hebben aangetoond om met deze groep mensen bij Ferrari een auto van zeer hoog niveau te kunnen bouwen. Gelukkig kunnen we ook op diezelfde hard werkende mensen rekenen voor 2023 en verder."Determined. #essereFerrari 🔴 #SingaporeGP pic.twitter.com/tSWZ2eRktf
— Scuderia Ferrari (@ScuderiaFerrari) September 27, 2022
DOELSTELLING VAN HOGERE HAND
Terwijl Verstappen de titel al binnen handbereik heeft en ook de constructeurstitel voor diens werkgever Red Bull Racing een zekerheid lijkt, kijken ze in Italië maar wat graag vooruit naar 2023. "Er is een groot verschil tussen competitief zijn en iedere wedstrijd kunnen winnen. Want om de titel te pakken, moet er nog een hoop werk gebeuren. Dat proberen we iedere dag met Ferrari te leveren."
Binotto krijgt ervan langs van oud-teambaas Ferrari