Lewis Hamilton heeft in zijn jeugd te maken gehad met fysiek geweld wegens zijn huidskleur. Zo onthult de zevenvoudig wereldkampioen van de Formule 1 in een interview met Vanity Fair. De Brit kreeg te maken met een aanval waarbij hij werd geschopt en geslagen, terwijl zijn belagers "Ga terug naar je eigen land!" riepen. Nooit eerder deelde Hamilton het verhaal, ook niet met zijn familie.
Zowel binnen als buiten de lijnen van de Formule 1 spreekt Lewis Hamilton zich openlijk uit tegen racisme. De Brit pleit voor meer gelijkheid en inclusiviteit in de samenleving om een betere toekomst te creëren. In het interview maakt de coureur duidelijk dat hij zich lang onderdrukt heeft gevoeld, zowel op het circuit als daarbuiten. Dit voelde de Brit al vanaf jonge leeftijd.
"Het N-woord werd veel gebruikt", vertelt hij. Daar bleef het alleen niet bij. De 37-jarige coureur herinnert zich een moment uit zijn jeugd waarin hij werd aangevallen op straat wegens zijn huidskleur. "Zelfs vandaag herinner ik me hoe angstaanjagend het was", blikt Hamilton terug. Waarom er geroepen werd dat hij naar zijn eigen land moest gaan, snapt hij nog steeds niet. "Ik kon het echt, echt niet begrijpen. Ik had zoiets van: 'Praten ze tegen mij? Ik kom hier vandaan. Wat bedoelen ze?' Ik heb het nooit kunnen begrijpen."
De aanval vond plaats in Newcastle, maar Hamilton heeft het verhaal nooit eerder besproken met zijn ouders. Hij was bang dat hij een "watje" genoemd zou worden. Hamilton: "Ik heb er niet met mijn moeder over gesproken omdat ik dacht dat ze me toch niet zou begrijpen. En waarschijnlijk was ik te bang om het aan mijn vader te vertellen, omdat ik niet wilde dat hij dacht dat ik een watje was."